Kasper Mees, Liesbeth de Vos en Maaike Ibelings
Het schematische overzicht dat Maaike Ibelings, Liesbeth de Vos en Kaspar Mees
hebben opgesteld spreekt boekdelen. Ruim 3.000 mensen melden zich per jaar met acute chirurgische buikklachten bij de SEH van het ETZ. ‘En daar moeten ze vaak 4 uur liggen wachten tot de diagnose rond is’, vertellen de chirurg, SEH-arts en huisarts/kaderarts Spoedzorg.
Dat moet anders. ‘Daarom gaan we vanaf 1 januari 2025 gezamenlijk, met een regionale aanpak, in een proefperiode van een half jaar kijken of we de instroom van patiënten met acute buikklachten naar de SEH beter kunnen stroomlijnen.
Dat moet, want de druk op de Spoedeisende Eerste Hulp (SEH) stijgt jaar na jaar, terwijl het personeelsgebrek nijpend blijft.
Ibelings: ‘Met alle partijen in Midden-Brabant hebben we gezocht naar een oplossing. We moeten gezamenlijk onze werkwijze veranderen om de doorstroom op de SEH te garanderen. Daarmee is iedereen het eens.’ De Vos: ‘Uitgangspunt is dat de SEH echt alleen bestemd moet zijn voor urgente medische situaties.’ In praktijk is echter gebleken dat bij veel van de gemiddeld 3.000 jaarlijkse ‘acute buik’-patiënten geen
urgente opname en beoordeling met uitgebreid bloedonderzoek en echografie of CT-scan nodig is. Veel klachten verdwijnen al na een nacht goed slapen. ‘Met een warme kruik in je eigen bed en een paracetamol tegen de pijn.’
Indien het aantal verwijzingen naar het ziekenhuis en met name naar de SEH omlaag moet, zal op een andere manier naar de patiënt gekeken en gecommuniceerd moeten worden, hebben de drie initiatiefnemers samen met collega’s in Midden-Brabant afgesproken. Huisarts Mees: ‘Van oudsher stuurden wij een patiënt met ernstige buikklachten simpelweg door naar het ziekenhuis voor het stellen van een diagnose. Dat kan niet meer in deze tijd. Nog steeds beoordelen wij hun klachten heel zorgvuldig, we nemen bloed af en stellen vervolgens een behandeling voor, indien nodig na ruggespraak met de specialist.’
Ibelings: ‘Alles draait om het professionele en klinische inzicht. Voorop staat dat als het ‘niet pluis-gevoel’ overheerst, de patiënt wordt ingestuurd. Dan volgt alsnog een acute beoordeling op de SEH en een echo.’ In veel gevallen kunnen mensen beter een nachtje thuis onder de wol kruipen. Ibelings: ‘De volgende dag kunnen ze dan terecht op de spoedpoli, indien de klachten aanhouden.’ (“test of time”)
‘We hebben vastgesteld dat van de 3.000 mensen met acute buikklachten die bij de SEH gezien worden 60% weer naar huis wordt gestuurd. Van de resterende 40% wordt na opname 50% geopereerd.’
Doel van de nieuwe wijze van ‘insturen’ en beoordelen is om niet alleen de SEH te ontlasten, zeggen De Vos en Ibelings. Het ziekenhuis-lab en de röntgen zullen ook
profijt hebben van de nieuwe aanpak. ‘Als de huisarts na onderzoek lage ontstekingswaarden ziet bij de patiënt, hoeven wij dat niet nog eens dubbel over te doen, om iemand daarna weer naar huis te moeten sturen.’ De term ‘verwachtingsmanagement’ valt, met betrekking tot de communicatie met deze patiënten.
‘Ook in het ziekenhuis en onder de huisartsen zullen we onze proef goed moeten uitleggen, met ons schema van handelen erbij’, zeggen Ibelings, De Vos en Mees.
Vooralsnog zal de nieuwe werkwijze een half jaar worden uitgeprobeerd.
‘We gaan intussen op alle terreinen nauwkeurig tellen of de instroom naar de SEH vermindert, de doorlooptijd verbeterd en bekijken hoe dit gaat. We rekenen er op
dat we geen missers tegenkomen. Als dit goed uitpakt kunnen alle ziekenhuizen er hun voordeel mee doen. Iedereen zit namelijk met hetzelfde probleem.’

